12 tips om te stoppen met snoepen en snaaien

Een van de grootste valkuilen tijdens het afvallen en op gewicht blijven is het niet kunnen stoppen met snoepen. Daarom geven we je in deze blog een aantal tips die je helpen bij het stoppen met snoepen en snaaien, zodat je meer grip krijgt op je snoepgedrag en lekkerder in je vel zult zitten.

1. Onderzoek waarom je eet

Stoppen met snoepenEen gedragsverandering begint met het krijgen van inzicht. Door op te schrijven wat je eet, wanneer je eet en waarom je eet krijg je inzicht in je eigen voedingsgedrag. De een gaat snoepen en snaaien, omdat ze de rest van de dag bijna niets gegeten heeft, de ander snoept uit verveling of door vermoeidheid. Ga daarom na of je bijvoorbeeld emotionele honger of lichamelijke honger hebt.

Meer weten? In de video ‘Zo herken je het verschil tussen emotionele honger en lichamelijke honger’ vertel ik je er meer over.

2. Krijg inzicht in jouw meest gebruikte smoesjes om te snoepen

Ook krijg je door bij te houden waarom je eet inzicht in je meest gebruikte smoesjes om te snoepen. Want geef toe ook jij hebt vast een aantal smoesjes om je snoepgedrag te rechtvaardigen, zoals: ‘ Ach, één snoepje (of wijntje, frietje, bitterbal etc. etc.) meer of minder maakt toch niet uit.’ Is dit heel herkenbaar voor jou? Lees dan ook mijn blog: De meest gebruikte smoesjes om te snoepen. Welke gebruik jij vaker dan je zou willen?

3. Eet voldoende tijdens de 3 hoofdmaaltijden

Wanneer je te weinig eet, omdat je denkt dat je daardoor sneller afvalt, is de kans op een snoep aanval heel groot. Doordat je te weinig eet, gaat je lichaam dit op een ander moment compenseren.

4. Geef je happen een cijfer

Geef je happen een cijfer. Vaak is de eerste hap het lekkerst. Naar mate je meer eet, wordt je lekkernij vaak steeds minder lekker. Ga maar eens na, de eerste hap van een zak chips is vaak heerlijk. Echter de laatste hap geeft vaak veel minder voldoening. Geef je happen daarom een cijfer. Krijgt je hap een cijfer onder de 8? Dan moet jij je afvragen of dooreten de moeite waard is.

5. Stop met jezelf zielig voelen

Het is niet zielig om een keer ‘nee’ tegen jezelf te moeten zeggen. Accepteer dat het niet altijd gemakkelijk is om niet te snoepen. Het is juist zielig om jezelf iedere keer voor de gek te houden. Vraag jezelf af hoe jij je voelt na het eten van dat lekkers? Meestal zul je deze vraag moeten beantwoorden met: ‘Dan voel ik me nog minder goed’. Als dat het geval is, laat al dat lekkers links liggen en zoek iets waar je wel echt gelukkig van wordt.

6. Haal geen snoep in huis

Hoe meer je in huis hebt hoe groter de verleiding om iets te nemen. Ik hoor je denken: ‘Maar voor de kinderen moet ik toch wel voldoende snoepgoed in huis hebben? Vraag je af of dit echt nodig is. Wil jij je kinderen aanleren dat ze kunnen snoepen wanneer ze daar zin in hebben? Kom je echt niet onder al dat lekkers uit? Zorg dan dat je kleine porties koopt. Het is helemaal niet nodig om een kilo snoep in huis te halen. Kleine uitdeelzakjes smaken net zo lekker. Dat geldt ook voor een kleine reep chocolade in plaats van een grote.

7. Zet snoep uit het zicht

Ook helpt het om het snoepgoed niet in het zicht te zetten, als er niet van gegeten wordt. Sierschaaltjes of open snoeppotten vragen er om, om leeg gegeten te worden. Zet deze dus liever in de kast of koop een afgesloten en niet doorzichtige snoeppot.

8. Stel het eten van snoep uit

Geef jezelf even een pauze door het snoepen even uit te stellen. Heb je na 15 – 30 min. nog steeds net zo veel behoefte aan dat lekkers? Dan mag je het nemen. Doordat je in de tussentijd afleiding hebt, ben je het lekkers vaak alweer vergeten of is het minder aantrekkelijk geworden. Ook kun je de situatie dan vaak wat helderder bekijken en is de grootste drang verdwenen.

9. Eet alleen dat wat je écht lekker vindt

Stoppen met snoepen en snaaienVaak eten we omdat het er staat. En dat betekent dat we regelmatig iets eten wat we niet echt superlekker vinden. Dat is echt zonde. Als je iets eet wat niet echt gezond voor je is moet het naar mijn idee ook echt lekker zijn, anders is het zonde van al die calorieën die je naar binnen hebt zitten werken. Bedenk daarom vooraf wat jouw favoriete lekkernij is en gun jezelf hiervan een kleine hoeveelheid. En laat de rest voor wat het is.

10. Plan uitzonderingen in

De verstandigste keuze is natuurlijk om helemaal geen lekkernijen te nemen, maar dat kan soms best moeilijk zijn. Wil je toch iets nemen van al dat lekkers? Maak dan voor jezelf de afweging: Welk snoepgoed neem ik? Wanneer neem ik dit? En hoeveel neem ik hiervan? En houd je hier ook aan.
Het is gemakkelijker om de draad weer op te pakken wanneer je uitzonderingen inplant, dan wanneer je dit niet doet en toch wat neemt. De gedachten ‘Nu is het toch al verpest’ of ‘Het lukt me toch niet’ zorgen er dan vaak voor dat je de draad weer moeilijker oppakt.

11. Maak een lijstje met gezonde alternatieven

In een moment van enorme trek vergeten we vaak welke gezonde alternatieven er zijn. Maak daarom een lijstje met gezonde en lekkere tussendoortjes die je op dat soort momenten kunt nemen. Hang dit lijstje op een goed zichtbare plek zodat je er niet omheen kunt. 

12. Eet minder (snelle) koolhydraten

Minder koolhydraten betekent ook minder honger! Koolhydraten zorgen voor pieken en dalen in je bloedsuiker. Deze zorgen op hun buurt weer voor een hongergevoel. Door minder koolhydraten te eten ervaar je minder pieken en dalen, wat ervoor zorgt dat je veel minder honger zult hebben. 

Print Friendly, PDF & Email

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *